Krillolie kan ontstekingen bij colitis ulcerosa verminderen

Colitis ulcerosa wordt gekenmerkt door ontstekingen en zweren in het maag-darmkanaal. De aandoening komt wereldwijd voor, maar de prevalentie en incidentie is vooral hoog in de Verenigde Staten en in Noord-Europa.

In deze studie, uitgevoerd door de universiteit van Bergen, Noorwegen, werden 30 mannelijke ratten ingedeeld in drie groepen: een controlegroep, een groep met kunstmatig (met behulp van dextraan natriumsulfaat) opgewekte colitis ulcerosa, en een groep met kunstmatig opgewekte colitis die een krillolie-supplement kreeg. Deze laatste groep liet een significant behoud van de dikke darm lengte zien ten opzichte van de onbehandelde groep.

Ook werden bij deze groep minder markers van oxidatieve stress gevonden en werden positieve veranderingen van de darm waargenomen in vergelijking met de onbehandelde colitis-groep. Krillolie blijkt anti-oxidatieve en anti-inflammatoire eigenschappen te bezitten en dit is het eerste wetenschappelijke onderzoek dat het effect van deze eigenschappen bij colitis ulcerosa beschrijft. De nieuwe mogelijkheden van krillolie in relatie tot inflammatoire darmziekten die in dit onderzoek worden getoond moeten nog verder worden onderzocht in humane studies.

Grimstad T et al: Dietary supplementation of krill oil attenuates inflammation and oxidative stress in experimental ulcerative colitis in rats; Scandinavian Journal of Gastroenterology 47(1):49-58, januari 2012. PMID: 22126533. (Bron: side SOE)

Koffie kan beschermen tegen Alzheimer

De meeste gezondheidsbevorderende eigenschappen van koffie worden toegeschreven aan de cafeïne, dat onder andere over anti-oxidant eigenschappen beschikt. Uit een onderzoek van de University of South Florida blijkt echter dat een ander, nog onbekend bestanddeel van koffie, dat samenwerkt met cafeïne, verantwoordelijk is voor andere specifiek beschermende effecten tegen Alzheimer.

In het onderzoek kregen gezonde muizen en muizen met Alzheimer filterkoffie, cafeïnevrije filterkoffie of alleen cafeïne. Bij de zieke en gezonde muizen die filterkoffie hadden gekregen werden sterk verhoogde bloedwaarden van een groeifactor genaamd GCSF (Granulocyte Colony Stimulating Factor) gevonden. Bij Alzheimerpatiënten zijn de GSCF-waarden juist sterk verlaagd. In de groepen die cafeïnevrije koffie of alleen cafeïne hadden gekregen werd deze verhoging niet gezien.

GCSF bevordert onder andere de aanmaak van stamcellen door het beenmerg en de afgifte daarvan in het bloed. Volgens de onderzoekers verbetert GSCF de geheugenfunctie bij muizen met Alzheimer doordat het ervoor zorgt dat stamcellen in de hersenen terechtkomen en daar bèta-amyloïd plaques verwijderen (dit zijn samenklonteringen van abnormale afbraakproducten van het eiwit APP die worden beschouwd als de oorzaak van het ontstaan van de ziekte van Alzheimer). Bovendien zou GSCF nieuwe verbindingen tussen hersencellen maken en de aanmaak van nieuwe neuronen bevorderen. Aangezien geïsoleerde cafeïne en cafeïnevrije koffie geen stijging van de bloedwaarden van GSCF lieten zien, vermoeden de onderzoekers een synergistische werking tussen cafeïne en een ander, nog niet geïdentificeerd bestanddeel van koffie. In het onderzoek werd uitsluitend filterkoffie gebruikt en daarom is het ook de vraag of bijvoorbeeld oploskoffie eenzelfde stijging van GSCF veroorzaakt.
In een eerder onderzoek hadden de wetenschappers van de University of South Florida al vastgesteld dat een matige koffieconsumptie van 4-5 kopjes per dag gedurende een langere periode de schade aan hersencellen en de geheugenfunctie kan verminderen bij muizen met Alzheimer. Volgens hen wordt de beste bescherming tegen Alzheimer bereikt door niet later dan op middelbare leeftijd (30-50 jaar) te starten met de koffieconsumptie. Maar ook starten op nog latere leeftijd kan nog bescherming bieden, zo blijkt uit hun onderzoeken.

Verder stellen de onderzoekers dat geen van de tot op heden beschikbare therapieën voor Alzheimer evenveel gunstige effecten hebben als koffie. Ook zijn er volgens hen nog geen medicijnen ontwikkeld die de onderliggende ziekteprocessen bij Alzheimer kunnen behandelen. “Naast koffie lijken ook twee andere leefstijlfactoren –fysieke en cognitieve activiteit– het risico op dementie te verminderen. Een combinatie van regelmatige fysieke en mentale training en een matige koffieconsumptie zou daarom een uitstekende, veelzijdige aanpak zijn om het risico op Alzheimer te verkleinen of het verloop van de ziekte te vertragen”, aldus Gary Arendash, een van de wetenschappers die het onderzoek hebben uitgevoerd.

Cao C et al: Caffeine Synergizes with Another Coffee Component to Increase Plasma GCSF: Linkage to Cognitive Benefits in Alzheimer’s Mice; J. Alzheimers Dis., maart 2011. (Bron: side SOE)

Kersensap bevordert de slaap

Het effect van kersensap op de nachtrust blijkt uit een onderzoek van de Britse Northumbria University, waarvan de resultaten zijn gepubliceerd in de online versie van het tijdschrift ‘European Journal of Nutrition’.

In het onderzoek dronken 20 gezonde vrijwilligers een week lang tweemaal daags 30 ml kersensap van de Montmorency kers of een placebodrank. De Montmorency kers is een zure kers die voorkomt in de Verenigde Staten, Canada en Frankrijk. De kers is zeer populair in de Verenigde Staten en wordt veel gebruikt in ‘cherry pies’ en jams, maar wordt ook in gedroogde vorm en als sap verkocht.

Voorafgaand en tijdens het onderzoek werden urinemonsters verzameld om het gehalte aan melatonine te bepalen. Melatonine is het belangrijkste hormoon dat de slaap en het dag-nachtritme reguleert. Verder droegen de deelnemers een actigraaf, een soort horloge dat de bewegingsactiviteit en de lichtintensiteit meet. Het aantal bewegingen vertegenwoordigt de lichaamsactiviteit en wordt per tijdseenheid in het geheugen van de actigraaf opgeslagen. Computeranalyse van deze opgeslagen data geeft belangrijke informatie over het dag- en nachtritme. Daarnaast hielden de deelnemers een dagboek bij met hun slaappatroon.

De resultaten wezen uit dat wanneer de deelnemers een week lang het kersensap dronken, het melatonineniveau in de urine significant was verhoogd met 15-16% in vergelijking met de controlegroep. Verder bleek dat de deelnemers die het kersensap dronken gemiddeld 15 minuten langer in bed bleven, gemiddeld 25 minuten langer sliepen, en de ‘slaap efficiency’, een maatstaf voor de slaapkwaliteit, ook met 5-6% was verbeterd. Vergeleken met de normale slaapgewoonten voor de studie en met de placebogroep, rapporteerden de kersensap-drinkers ook minder dutjes overdag.

Nog niet eerder zijn deze eigenschappen van de Montmorency kers in onderzoek aangetoond. De oplossing van slaapproblemen met natuurlijke middelen lijkt hiermee een stukje dichterbij gekomen. Dit onderzoek geeft dan ook meer duidelijkheid over de (belangrijke) relatie tussen hoe we slapen en wat we consumeren.

Howatsen G et al: Effect of tart cherry juice (Prunus cerasus) on melatonin levels and enhanced sleep quality; Eur. J. Nutr. 30 oktober 2011 (Epub ahead of print). (Bron: side SOE)

Het belang van een goede darmflora bij zwaarlijvigheid

De onderzoekers [1] wilden met deze studie de langetermijneffecten van de darmflora op het lichaamsgewicht en het lichaamsvetpercentage in kaart brengen bij het gebruik van een hoogcalorische voeding. Eerdere onderzoeken hadden al uitgewezen dat er een verband bestaat tussen de darmflora en zwaarlijvigheid [2-6]. Een verstoring van de darmflora, bijvoorbeeld ten gevolge van antibioticagebruik, kan zorgen voor een verandering in het metabolisme.

Omdat de samenstelling van de darmflora voor het belangrijkste deel wordt bepaald tijdens en vlak na de geboorte, volgden in het onderzoek ratten gedurende de zwangerschap en lactatie en de jongen tijdens de eerste 6 maanden een hoogcalorisch dieet. Hierbij werden drie experimentele groepen gevormd. De eerste groep kreeg een probioticum met Lactobacillus plantarum (Lp), de tweede groep kreeg een product met niet pathogene strengen van Escherichia coli (Ec) en de derde groep diende als controlegroep en werd niet gesuppleerd.

Lp maakt deel uit van de (menselijke) gezonde darmflora, verbetert de bacteriële diversiteit in de darm en heeft verschillende gezondheidsbevorderende effecten. De niet pathogene strengen van Ec kunnen bij kinderen en ouderen de darmflora gaan domineren en ontstekingsreacties stimuleren door middel van de expressie van lipopolysacchariden (LPS) op hun membranen. Aangetoond is dat LPS in het bloed een beginpunt is voor insulineresistentie en zwaarlijvigheid [7]. Een vetrijk voedingspatroon veroorzaakt een toename van LPS-dragende bacteriën in de darm en de verplaatsing van LPS naar de bloedbaan [6]. De nakomelingen in de groep ratten die Lp kregen, hadden een lager lichaamsgewicht (7,47 g) in vergelijking met de ratten die Ec kregen (9,65 g). De controlegroep zat hier tussenin (8,15 g). Ook hadden de nakomelingen met Lp significant minder gewichtstoename en minder vetweefsel dan de groep met Ec of de controlegroep. Het aantal slechte darmbacteriën (enterobacteriën) was in de Ec-groep significant hoger dan in de groep die Lp kregen. Enterobacteriën bezitten net als Ec LPS op hun membranen en kunnen hierdoor bijdragen aan meer ontstekingsreacties en insulineresistentie. Uit het onderzoek bleek ook dat het aantal enterobacteriën correleert met het lichaamsgewicht: hoe meer enterobacteriën, des te hoger het lichaamsgewicht. Ook de totale diversiteit aan darmbacteriën was in de Ec-groep geringer dan in de controlegroep en in de Lp-groep. Een grote diversiteit aan darmbacteriën wijst op een gezonde balans in de darmflora.

Uit dit onderzoek blijkt dat suppletie met Lactobacillus plantarum gunstige langetermijneffecten kan hebben op de samenstelling van de darmflora, het gewichtsverloop en het vetpercentage. Meer onderzoek is nodig om de resultaten ook te kunnen betrekken op mensen, maar de uitkomsten van dit onderzoek zijn al veelzeggend. Dat de darmflora en de eetgewoonten voor een zeer belangrijk deel worden bepaald in de eerste levensjaren, betekent dat interventie ook in deze periode het meest nuttig zal zijn. Mensen met een calorie- en vetrijk eetpatroon doen er dus goed aan hun darmflora op orde te hebben. En dat geldt zeker voor zwangeren, aangezien zij op deze manier de baby in ieder geval een gezonde darmflora meegeven.

1. Karlsson CL et al: Effects on weight gain and gut microbiota in rats given bacterial supplements and a high-energy-dense diet from fetal life through to 6 months of age; Br. J. Nutr. 30 maart 2011 [Epub ahead of print].
2. Bäckhed F et al: The gut microbiota as an environmental factor that regulates fat storage; Proc. Natl. Acad. Sci. USA 101(44):15718-15723, 2004.
3. Ley RE et al: Obesity alters gut microbial ecology; Proc. Natl. Acad. Sci. USA 102(31):11070-11075, 2005.
4. Ley RE et al: Microbial ecoloby: human gut microbes associated with obesity; Nature 444(7122):1022-1023, 2006.
5. Turnbaugh PJ et al: A core gut microbiome in obese and lean twins; Nature 457(7228):480-484, 2009.
6. Cani PD et al: Changes in gut microbiota control metabolic endotoxemia-induced inflammation in high-fat diet-induced obesity and diabetes in mice; Diabetes 57(6):1470-1481, 2008.
7. Cani PD et al: Metabolic endotoxemia initiates obesity and insulin resistance; Diabetes 56(7):1761-1772, 2007. (Bron: side SOE)

Resveratrol mogelijk gunstig bij insulineresistentie

Het verband tussen resveratrol en insulinegevoeligheid bij mensen is nog niet eerder in wetenschappelijk onderzoek aangetoond en heeft vooral potenties voor mensen met insulineresistentie en type II-diabetes.

Type II-diabetes wordt onder andere gekenmerkt door een verhoogde insulineresistentie, waardoor glucose minder goed wordt opgenomen in de lichaamscellen. Hierdoor worden de bloedglucosespiegels te hoog en kan schade ontstaan aan (kleine) bloedvaatjes. De zuurstofvoorziening naar achterliggende weefsels kan vervolgens in het gedrang komen. Het is algemeen aanvaard dat oxidatieve schade een belangrijke promotor is voor het ontstaan van insulineresistentie.

Resveratrol is een polyfenol dat veel voorkomt in druiven en rode wijn en beschikt over sterke anti-oxidatieve eigenschappen. Het is al langer bekend dat resveratrol gunstige effecten heeft. Zo worden er positieve cardiovasculaire effecten beschreven en blijkt resveratrol een anti-inflammatroire werking te hebben. In de betreffende studie werden 19 mensen met type II-diabetes willekeurig ingedeeld in een groep die gedurende vier weken een laaggedoseerd resveratrol-supplement ontving (tweemaal daags 5 mg) of in een groep die een placebo-supplement kreeg. Na deze vier weken werd in de groep die resveratrol kreeg een significant lagere insulineresistentie gevonden dan bij de mensen in de placebogroep.

De precieze werking van resveratrol in dit verband is nog niet bekend. Onderzoekers verwachten dat het mechanisme te maken heeft met de anti-oxidatieve activiteit van resveratrol, aangezien insulineresistentie voor een belangrijk deel veroorzaakt wordt door oxidatieve schade. Deze vermindering in oxidatieve schade door resveratrol kan vervolgens leiden tot een efficiëntere insulinewerking via de zgn. Akt-route. Resveratrol lijkt het vermogen te hebben om het intracellulaire en insuline-afhankelijke eiwit Akt te fosforyleren. Gefosforyleerd Akt bevordert de opname van glucose in cellen.

Deze onderzoeksresultaten kunnen wellicht aanleiding geven tot het toepassen van resveratrol-suppletie bij mensen met het metabool syndroom, insulineresistentie en type II-diabetes. Vervolgonderzoek naar deze relatie zou er op termijn voor kunnen zorgen dat het gebruik van resveratrol in het behandelprotocol van type II-diabetes wordt opgenomen. Daarnaast dragen de resultaten bij tot een beter begrip van de achterliggende mechanismen die ten grondslag liggen aan de ontwikkeling van insulineresistentie en oxidatieve schade.

Brasnyo P et al: ‘Resveratrol improves insulin sensitivity, reduces oxidative stress and activates the Akt pathway in type 2 diabetic patients’; British Journal of Nutrition, 9 maart 2011 (Epub ahead of print). (Bron: side soe)

mbog 736tllogo batc footerOnze praktijk is aangesloten bij de beroepsverenigingen MBOG en BATC.